Sinds kort heeft het Zee Aquarium een bijzonder intelligente bewoner: Charlie de Octopus. Proeven in aquaria hebben aangetoond dat de octopus in staat is allerlei patronen en vormen goed van elkaar te onderscheiden. Verder vertonen ze ‘speelgedrag’ door voorwerpen en speelgoed te onderzoek. Zo houden we Charlie bezig met het spelen met voer.  

De Octopoda (afgeleid van het Grieks Ὀκτάπους, oftewel ‘acht-poot’) zijn een orde binnen de klasse van de Cephalopoda (Nederlands: inktvissen) met acht armen of tentakels en drie harten.

Een bijzondere eigenschap is verder het vermogen om van kleur te veranderen. Dit gebeurt via pigment bevattende cellen in de opperhuid, de zogeheten chromatoforen. De armuiteinden bevatten chemoreceptoren, wat het mogelijk maakt de prooi te proeven. Ondanks de spleetvormige pupillen kunnen de ogen scherp zien. Ze kunnen echter geen kleuren waarnemen.

Speciale evenwichtsorganen, de statocysten, zorgen voor de oriëntatie in het horizontale vlak. Ook de ogen blijven via een autonome zenuwbaan altijd horizontaal gericht. De proprioceptie (waarneming van eigen lichaamshouding) is echter gebrekkig ontwikkeld, waardoor er slechts een gebrekkige controle is over bijvoorbeeld de armbewegingen. De voortbeweging geschiedt door op de armen voort te kruipen, of door water te spuiten uit de gespierde sifons (een soort kokers), ook wel hyponomen genoemd.

Deze dieren kunnen zich in allerlei spleten nestelen op zoek naar voedsel of een schuilplaats. Het voedsel bestaat voornamelijk uit krabben, garnalen, kreeften, weekdieren en vissen. Ze komen voor in alle wereldzeeën en oceanen, en kunnen korte tijd op het droge leven, zolang hun kieuwen maar vochtig zijn. Alle octopussen zijn giftig, maar alleen die van het geslacht blauwgeringde octopussen zijn dodelijk voor mensen.

De Octopoda gelden als intelligente dieren die beschikken over een korte- en langetermijngeheugen. Twee derde van de zenuwcellen bevindt zich niet in de hersenen, maar in de vangarmen.

 

Delen is lief